Rhea 34 Trawler; superslimme premium reisboot.
Gepubliceerd: 16 februari 2023. Leestijd: 10 minuten Update augustus 2023
Soms vraag je jezelf af waarom je niet eerder naar een bepaalde boot hebt gekeken. Op BOOT Düsseldorf 2023 gebeurde dat. Achter een groot jacht lag, wat verscholen, de Rhea 34 Trawler. Rhea is een bescheiden Franse werf aan de Atlantische kust. Gestart in 1996 bouwen ze op vissersboot-ontwerpen gebaseerde boten. Ze maken kleine boten met op dit moment als grootste model de 34 Trawler. Fijn, een half-glijdende trawler uit Frankrijk van een onbekende werf. Waarom niet gelijk een, waarschijnlijk goedkopere en heel bekende, Beneteau Swift Trawler gekocht? Nou, dat blijkt bij het bekijken van deze boot te kort door de bocht te zijn.
Wachttijden tot 2 jaar zijn niet ongebruikelijk als je op dit moment een nieuwe boot bestelt. De 34 Trawler is eind 2019, net voor de coronacrisis uitbrak, op de markt gekomen. Daardoor is de boot, zeker in Nederland, vrijwel onopgemerkt gebleven want botenbeurzen waren in heel Europa taboe. Het voordeel daarvan is dat er op dit moment nog geen lange wachtrijen voor dit model zijn en er dus ‘ouderwetse’ levertijden zijn van iets meer dan een half jaar.
Buitenzijde
Op BOOT 2023 lag een sedan model. De boot is er ook als fly-bridge versie maar die is door de hoogte ongeschikt voor binnenwateren. De doorvaarhoogte van de sedan is ongeveer 300 cm als je alles op het dak weet neer te klappen. Het achterdek is niet heel diep maar wordt dieper door van de neerklapbare klep aan de achterzijde die dan het zwemplatform vormt. De diepte van het achterdek gaat dan van 1,55 naar 2,30 meter. Het achterdek heeft geen vaste banken, wel een paar opklapbare in de verschansing die je ook kunt gebruiken als opstap naar een hoger gelegen kade. Als je vanaf het neergeklapte deel van de achterwand naar een steiger aan de zijkant wil dan moet je wel een behoorlijk gat overbruggen en daarbij zitten dan ook nog een gasveer en koord in de weg. Naar achteren afstappen gaat natuurlijk prima. Aan de bakboordzijde van de achterzijde is naast deze klep een goede vaste zwemtrap gemonteerd. De walstroom aansluiting zit aan de binnenzijde van de verschansing.
De sedan-versie met trap naar het dak, de trap kan tegen de achterwand geschoven worden.
Op het achterdek kun je kiezen voor een -tegen de achterwand aanschuifbare- trap naar het dak, zoals bij de fly-bridge versie. Op het dak wordt dan een groot bagagerek gemonteerd waar je b.v. wakeboards op kwijt kunt. De werf bouwt semi-custom build dus het is ook een optie om deze trap achterwege te laten (zoals te zien in de video), zonnepanelen op het dak te monteren en te kiezen voor een open dak boven de voorbanken. Je moet dan nog wel iets bedenken om de radarmast neerklapbaar te maken op een manier die de doorvaarhoogte minimaal maakt. Het lijstenwerk aan de buitenzijde is Iroko en daar kun je desgewenst ook het hele dek mee laten beleggen. De afwerking van de raam- en deurlijsten aan de buitenzijde is trouwens erg mooi uitgevoerd met RVS.
Er is heel veel ruimte onder het centrale grote luik in het achterdek want de motoren staan verder naar voren onder de stuurhuisvloer. Er is dus ruimte genoeg voor een tafel, losse stoelen, fietsen, bijboot, BBQ enz. Een tweede luik aan stuurboordzijde geeft toegang tot een ruimte die als bakskist of berging voor een reddingsvlot gebruikt kan worden. Bakskisten ontbreken verder op het achterdek.
Wijde, goed beschutte gangboorden
Vanaf het achterdek lopen aan beide zijden 40 - 45 cm brede gangboorden met een hoge verschansing en naar voren. De gangboorden zijn grotendeels afgedekt door het overstekende dak. Dat is lekker als het regent en je moet afmeren. Aan het begin van de gangboorden kunnen ook transparante deuren worden aangebracht (zie video) ter beschutting tegen de wind.
Zijdeuren
Ter hoogte van de voorbank en de stuurpositie zijn er aan weerszijde schuifdeuren in de verschansing waarin ook een vak voor meerlijnen is opgenomen. Hier heb je dus een heel goede, relatief brede, doorgang zonder veel hoogteverschil met de steiger en je hebt er goede grip. Op de boeg vinden we een anker maar geen standaard boegtrap. We gaan het stuurhuis in door één van de zijdeuren met volledige stahoogte bij de voorbank en stuurpositie.
Geen ‘sigarendoos’
Wat binnen meteen op valt is het geoliede teak houtwerk. Er is ook optioneel een lichtere houtsoort te kiezen. Dit teak geeft sfeer maar de werf heeft vermeden om het te veel te gebruiken zodat het interieur niet op een soort sigarendoos is gaan lijken. Het is echt teak, geen Alpi multiplex waar de grote werven vaak mee werken. Omdat het teak niet gevernist is glimt het hout je nergens tegemoet. De voorbank biedt plaats aan twee personen en klapt om als deel van de L-vormige zithoek erachter. Die zithoek is met een uitschuifbare lattenbodem om te bouwen tot een twee persoons bed maar biedt normaal plaats aan drie mensen, met een beetje inschikken vier, maar aan de andere zijde van de tafel kunnen prima een paar extra stoelen neergezet worden. De stuurpositie beschikt over een in lengte verstelbare bank en een groot stuurwiel. Er is ruimte genoeg om een console te plaatsen voor twee plotters en de nodige navigatieapparatuur en motorinstrumenten. Staand sturen is mogelijk of zittend met de voeten op een steunplank. Boven de stuurpositie en de meevaarbank is een optioneel open dak verkrijgbaar.
Koken
Achter de stuurpositie is de keuken. Een net L-werkblad, met waterkering, van bij elkaar 2,25 meter. Er is voldoende ruimte voor apparatuur, het klaar maken van een maaltijd en het opbergen van alle zaken die direct daarvoor nodig zijn. Een kok zal graag een andere indeling willen waarbij spoelbak en kookplaat niet direct naast elkaar zitten en daar is voldoende ruimte voor. Er is standaard een afzuigkap. Een raam in de achterwand klapt open en dan is het werkblad nog te vergroten door met een een uitklapbaar deel ervan een barblad te vormen. Naast dit openklapbare raam zit een schuifdeur die toegang geeft tot het achterdek en daarnaast zit, tegenover het aanrecht, een grote (210 liter) koel/vries combinatie met daar boven extra berging. In deze boot werd op gas gekookt waardoor ook de van buiten bereikbare gasbin achter de laden een plek heeft. Als voor elektrisch koken gekozen wordt kan de ruimte van de gasbin nuttig voor een ander doel gebruikt worden. Met een beetje creativiteit kun je een compacte vaatwasser en een combimagnetron kwijt. Compromis is dan wellicht dat de koel-vries combinatie wat kleiner uitpakt.
Tot zover is er weinig spannends te beleven aan dit sfeervolle interieur anders dan de heel goede indeling voor een reisboot en de mooie afwerking die kaal polyester tot een minimum beperkt. Ook wordt naast het teakhout op horizontale vlakken leer gebruikt en de Ledverlichting is stemmig uitgevoerd.
Toveren met wanden en deuren.
Het verrassende deel van de boot zit een halve verdieping lager. De voorcabine is spectaculair ruim voor dit formaat boot. Er zit meer dan een meter vrije ruimte tussen het eilandbed en de deur. De cabine heeft zijramen en een dakluik waardoor veel daglicht binnenkomt. Er is dan ook nog eens overal stahoogte, als je tenminste niet veel groter bent dan 1,95 meter. Berging is ruim voorhanden en er is ook nog een zitbank voor twee personen. Ideaal dus voor paren die meestal met twee onderweg zijn. Maar hoe krijgt de bouwer dit voor elkaar in een romp van nog geen tien meter? Het antwoord is dat er heel slim met deuren en wanden getoverd kan worden. De voorcabine kan in een handomdraai gescheiden worden zodat twee cabines ontstaan. De wand van de cabine schuift naar voren en vormt zo een cabinewand met een tweede cabine die nu ineens ook een eigen deur naar de gang heeft. De zitbank in de cabine klapt dan uit tot een tweepersoons langslaper. Het kan allemaal zonder de mastercabine te klein te maken. Stel je bij de ruimte in die tweede cabine het zelfde voor als in andere boten van dit formaat. Prima oplossing voor eigenaren die maar af en toe eens gasten meenemen. In de hal tegenover de twee cabinedeuren ligt de badkamer met een aparte douchecabine waarin ook het toilet is geplaatst. Aan die combinatie kun je merken dat het toch ‘maar’ een 34 voet boot is. De douchecabine is echter ruim en heeft voldoende stahoogte.
Vliegtuigtrap
Een ander briljante oplossing in deze boot is dat de trap van het stuurhuis naar beneden geklapt kan worden en een deel van de vloer van het stuurhuis omhoog. Zo ontstaat een riante entree naar de ruimte onder de stuurhuisvloer; geen gekruip door luiken. Het doet denken aan de deur van kleine vliegtuigen die ook naar beneden klapt en dan een trap vormt. Onder de stuurhuisvloer is technische apparatuur ondergebracht maar er is nog een zee van ruimte over voor opslag en wellicht een wasser/droger. Vanuit die ruimte is er ook toegang tot de motorruimte voor dagelijkse checks. De traptreden moeten echter wat dieper gemaakt worden want die zijn te kort voor de gemiddelde volwassene.
Video van de boot en het manoeuvreren ermee
Hoe vaart de boot?
De rompbouw en afmetingen van de boot verraden al wat je van het vaarkarakter van deze boot mag verwachten. De boot heeft bijna een bijlboeg en loopt naar achteren toe snel uit naar een gematigde V-vorm waardoor stabiliteit ontstaat. De boot is breed (3,98) in verhouding tot de lengte (9,96/10,40) en dat is vaak een teken dat de boot het moeilijk heeft om door golven heen te gaan. De vorm van de boeg daarentegen is juist optimaal om door golven heen te gaan. Uit een beschikbare vaartest van het blad Moteur Boat blijkt dat de boot golven op de kop goed gedempt opvangt. Het is daarom te verwachten dat deze boot ook comfortabel omgaat met de kleine snel opvolgende golven b.v. op het IJsselmeer. Golven van achteren zetten de boot wat weg, zoals gebruikelijk bij waterverplaatsers. Maar in de test wordt vastgesteld dat dit makkelijk te corrigeren is.
Aanzicht van de boeg, de kleur is standaard
Het is echter mogelijk, als de zeegang niet te fors is, om voor de golven uit te blijven varen. Het zwaartepunt van de boot ligt in het midden onderin en door het ontbreken van de fly-bridge zal de boot minder gevoelig zijn voor zijwind en meer stabiel in het water liggen. Desondanks is de boot volgens de test (in flybridge versie) niet ongevoelig voor rollen. Met een beetje gas erbij en het optionele Zipwake trimsysteem kan dat binnen comfortabele grenzen gehouden worden. Je kunt merken dat het een Frans-Atlantische boot is want de schroef en het roer zijn opgenomen in een stevige skeg (bescherming aan de onderzijde) en de kiel is deels beschermd met een stalen strip waardoor een beetje wegzakken in de blubber, grondberoering of op een zandstrand vast laten lopen zonder schade mogelijk is. De directe concurrent, de Beneteau Swift Trawler 35, ook met traditionele schroeven, doet dat bijvoorbeeld niet en dat maakt de aandrijving op die boot kwetsbaarder. De diepgang wordt opgegeven als 70cm. Als dat klopt geeft dat extra mogelijkheden in het binnenland of de wadden.
De traditionele as-aandrijving is simpel en goedkoop in onderhoud. Nadeel ervan is dat de boot in verhouding tot eenzelfde formaat met Z-drives ongeveer 20% meer diesel verbruikt bij hogere snelheden. Bij een kruissnelheid in het binnenland van 11 km/h is het verbruik volgens de test ongeveer 0,5 liter per kilometer. Dat is normaal. Bij een snelheid van 15 km/h ongeveer 0,9 liter per kilometer en bij 30 km/h zal het verbruik oplopen naar 1,7 liter per kilometer. Bij een hogere kruissnelheid maak je het geld dat bespaard wordt door het eenvoudiger onderhoud wel op aan extra diesel. Maar deze boot is dan ook niet bedoeld om continue snel mee te varen. De twee dieseltanks bevatten bij elkaar 880 liter diesel. Rekening houdend met 10% reserve is het altijd nog goed voor ruim 450 kilometer met 30 km/h kruissnelheid, ruim 800 kilometer bij 15 km/h en ongeveer 1600 km bij waterverplaatsingssnelheid van 11 km/h.
De boot kan goed manoeuvreren in een haven zoals je in de video hierboven van de US importeur, Cardinal, kunt zien. In die versie is gebruik gemaakt van twee Yanmar motoren in combinatie met een Vetus boegschroef. De joystick combineert dat tot één geheel. Een optie voor iedereen die liever niet moeilijk wil doen als het makkelijk kan. Ook Volvo Penta levert dit soort systemen maar eveneens uitsluitend met twee motoren. Het is nog maar eens gezegd: of je voor één of twee motoren gaat maakt in het diesel verbruik niet of nauwelijks uit. Voor aanschaf- en onderhoudskosten maakt het wél uit. Daar staat tegenover dat je altijd de veiligheid hebt van die tweede motor en het gemak van de betere manoeuvreerbaarheid.
Conclusie
Deze boot is erg geschikt voor reizen met z’n tweeën. Je kan heel goed veilig rondom lopen en makkelijk de steiger op stappen. De boot heeft een voorbeeldige stuurhuisindeling en de hoge zijdeuren maken afmeren erg makkelijk. Vindt maar eens een dergelijke ruime voorcabine in een boot van deze lengte. Ook benieuwd wanneer andere botenbouwers dit idee gaan ‘ontdekken’? Er is ruim voldoende bergruimte op de boot. Wat ook op valt is het ‘premium’ afwerkingsniveau van de boot en de mogelijkheid alles aan te passen aan de eigen wensen, wat bij de keuken wel aan te raden is.
In de sedan-versie is dit een heel geschikte boot om rustig varend het binnenland te verkennen en daarbij verder te gaan dan de gebaande paden. De boot heeft immers de capaciteit om moeiteloos tegen de stroom op rivieren als de IJssel of de Rijn te varen. De romp maakt de boot ook nog eens geschikt om comfortabel op ruim water of stukken langs de kust te varen. Sneller varen geeft ook de mogelijkheid om even van een ‘weergaatje’ gebruik te maken om voor de komst van slechter weer op de volgende bestemming te zijn. Dat is niet alleen veilig maar geeft ook een gerust gevoel.
De boot heeft in de sedan versie een vanaf prijs van rond de € 600.000,- incl. 21% BTW. Dat is fors meer dan de vanaf prijs van concurrent Beneteau 35 Swift Trawler (alleen met flybridge leverbaar) die vanaf rond de € 450.000,- incl. 21% BTW leverbaar is. Is dat forse prijsverschil het waard? De Beneteau heeft één motor (in plaats van twee bij de Rhea), maar één zijdeur, de keuken op de plaats van de meevaarbank, slechts aan één zijde een breder gangboord, een smal zijdek aan de andere kant en een interieur waarin wit plastic en Alpi hout domineert. Eerlijk is eerlijk: er is niets mis met een Beneteau ST maar die met de Rhéa vergelijken is het zelfde als appels met peren vergelijken: het is allebei fruit. Tot slot: dit is de link naar de Nederlandse importeur.
Plussen:
• Superslimme ruime voorcabine
• Meevaarbank
• Twee hoge zijdeuren
• Twee schuifdeuren in de verschansing
• Brede goed beschermde gangboorden
• Veel goed toegankelijke bergruimte
• Goed beschermde schroeven en roeren
• (Nog) Snel leverbaar
• Hoogkwalitatief afwerkingsniveau
Minnen:
• Verbruik is aan de hoge kant bij semi-planeren
• Afstap van de achterklep naar de zijkant is moeilijk
• Open dak in het stuurhuis is niet standaard
• Indeling keuken is niet logisch
• Traptreden naar beneden zijn niet diep genoeg
• De prijs is fors.
