33 voeters: Marex, Sealine, Jeanneau

Stuurpositie en vaareigenschappen

Met reisboten vaar je. Dus we beginnen bij de ‘brug’ van de boten. Alle drie hebben een omklapbaar deel van de zithoek-bank die omhoogkomt als meevaarbank voor twee personen. Sealine had die mogelijkheid in de C330 niet maar heeft die ‘fout’ hersteld in de nieuwe C335. Daarbij hebben ze gelijk een tweede ‘fout’ hersteld: er is nu -net als bij Marex en Jeanneau- een raam dat open kan ter hoogte van de bank. Deze bank maakt het mogelijk voor een tweede persoon om te assisteren bij de navigatie en er is ruimte om kaarten of boekwerken te raadplegen. Als je aan het sturen bent is het ook gewoon prettig dat medereiziger(s) af en toe naast je kunnen zitten in plaats van op de ‘achterbank’.

De stuurpositie is bij Marex voorzien van een goed gevormde enkele stuurstoel met armleuningen. De stoel is in de lengterichting verstelbaar. Bij de Sealine is er ook een goed gevormde, waarschijnlijk niet verstelbare, stoel met een leuning aan één kant. Bij Jeanneau moet de bestuurder het doen met een wel heel haakse, niet verstelbare, bank zonder leuningen. Dat gebrek aan leuningen en die haakse rugleuning maken lange tijd sturen vermoeiend. Bij alle drie is de zitting deels opklapbaar. Of de ruimte voor benen voldoende is moet nog in de praktijk blijken. De NC33 heeft wel als enige van de drie de mogelijkheid om rechtop te staan achter het stuur met het dak gesloten. Bij de Marex en de Sealine kan dit als gevolg van de verhoogde vloer alleen als het dak open is.

Bij Jeanneau zit het (enkele) plotterscherm (te) ver weg zodat altijd (te) ver naar voren geleund moet worden om het te bedienen. Bij Marex is plaats voor twee plotters die beter onder handbereik zitten (één boven, één recht voor de stuurpositie). Bij de Sealine C335 is de console verbeterd ten opzichte van de 330: er was al ruimte voor twee plotters, binnen handbereik, maar er is nu ook bergruimte voor spullen zoals een mobieltje of een koffiebeker. Dat is bij de Jeanneau en de Marex ook het geval. Jeanneau en Marex hebben de stuurpositie keurig voorzien van niet weerkaatsend materiaal. Sealine heeft dit maar gedeeltelijk gedaan en dat kan bij direct zonlicht vervelende weerkaatsingen geven. De voorruit bij de Sealine is uit één stuk maar de zijstijlen zijn erg massief en dat geeft een dode hoek die het uitzicht op kruisend verkeer belemmerd. Bij de Jeanneau is de voorruit ook uit één stuk maar zijn de stijlen een stuk smaller waardoor de dode hoek een stuk kleiner is. Marex heeft een ruit die uit meer delen bestaat maar de stijlen zijn zo smal dat er geen dode hoek is: dit is duidelijk de meest vaar-veilige optie.

Vaareigenschappen

Van de Jeanneau is uit testen bekend dat die behoorlijk wat trim nodig heeft en behoorlijk omhoog komt om in planee te komen. Blijkbaar ligt het zwaartepunt van deze boot ver naar achteren. Bovendien blijkt de Jeanneau nog wel eens te slaan op golven wanneer er wat zeegang is. Dit kan veroorzaakt worden door de wat hoekige, relatief vlakke, voorste deel van de romp. Van de Sealine zijn minder kritische opmerkingen over het vaargedrag uit tests bekend. Die zijn in het algemeen te spreken over een goed gedempt vaargedrag en maken geen melding van extra trim of slaan op de golven. Maar dat kan ook liggen aan kalme testomstandigheden. De rompvorm is om te zien minder vlak en hoekig dan die van de Jeanneau hetgeen met die testbevindingen in lijn is. De rompvorm van de Marex is op het oog de meest geleidelijk verlopende van de drie hetgeen op een zachtere demping duidt. Dit blijkt ook wel uit de recente test van de nieuwe site Yachtbuyer. De lengte breedte verhouding van de rompen van de drie boten zijn nagenoeg gelijk en wijzen erop dat ze geen van allen behoren tot de categorie ‘wavekillers’. Als je het grote water op wil is het daarom nuttig om te investeren in een goed automatisch trimsysteem. De Zipwake interceptors doen dit tegen een redelijk bedrag en veel sneller dan de traditionele trimvlakken. Het meer professionele Volvo/Humphree systeem is nog eens twee keer zo snel dan de Zipwake. Dat systeem heeft optioneel naast een gyro ook een versnellingsmeter om de romp in een optimale positie te houden. Die mogelijkheid heeft Zipwake niet. Volvo/Humphree is daardoor ook veruit de duurste oplossing.

Alle drie boten kunnen uitgerust worden met twee Volvo Penta D3-220 Z-drives met joystick. Dat lijkt voor een reisboot de beste aandrijvingsoptie waarmee makkelijk een kruissnelheid van 25 knopen gehandhaafd kan worden. Maar ook zorgen de twee aandrijvingen voor een goede rechtuitstabiliteit bij waterverplaatsingssnelheid. Met de joystick kun je uitstekend manoeuvreren zodat de meeste eigenaren niet of nauwelijks behoefte zullen hebben aan een (optionele) boegschroef. De Volvo D3 5-cilinder motoren zijn licht, twee wegen samen net zoveel als één D6 motor, en hebben zich bewezen in de Volvo personenauto’s en natuurlijk ook in veel boten. De Z-drives kunnen bij gedeeltelijk droogvallen of ondiep water omhoog getrimd worden zonder ze te beschadigen. Ook kan in die stand langzaam gevaren worden. De motoren kunnen ook naar beneden getrimd worden. Volvo regelt dit automatisch aan de hand van het toerental. Dit vult de eerdergenoemde triminstallatie aan. Update: de Volvo D3 motoren worden niet meer gemaakt en zijn bij Marex vervangen door twee Mercury motoren met joystick en ‘skyhook’ of een enkele Volvo D6 motor.

Verbruik

Het verbruik van de Marex zal dat van de andere twee boten niet veel ontlopen. De Z-drives zijn in ieder geval een stuk (± 20%) zuiniger bij een planerende kruissnelheid dan een aandrijving met vaste as. Hou er rekening mee dat Z-drives heel betrouwbaar zijn zolang je ze maar goed onderhoud. Verwaarlozing daarvan of ondeskundig gepruts kan tot hoge kosten leiden. Het reguliere onderhoud is sowieso wat duurder dan dat van een vaste as aandrijving. Uit tests is bekend dat de Sealine en de Jeanneau bij een kruissnelheid van 45 km/h (25 Kn) ongeveer 1,5 liter diesel per kilometer gebruiken terwijl ze bij een waterverplaatsende kruissnelheid van 10 km/h (5,5 Kn) ongeveer 0,5 liter per kilometer (5 liter per uur) gebruiken. Het maakt voor het verbruik niet uit of je bij waterverplaatsend varen één of beide motoren gebruikt.

Bij de Jeanneau is dat verbruik met 15% reserve goed voor een actieradius van 294 km (159 Nm) bij 45 km/h (25 Kn) en 884 km (475 Nm) bij een snelheid van 10 km/h (5,5 Kn). Bij de Sealine pakt dat gunstiger uit door de grotere tankinhoud: 312 km (169 Nm) en de Marex zal door de duidelijk grotere tankinhoud waarschijnlijk 370 km (200 Nm) ver komen. Bij alle drie is dat voldoende om bijvoorbeeld in ongeveer zes uur van Terschelling naar Cuxhaven te varen.

Samenvattend zal de Marex waarschijnlijk de meest comfortabele en ergonomische zijn om mee te varen, gevolgd door de Sealine en de Jeanneau als hekkensluiter. Maar dit moet nog in de praktijk getoetst worden. Alle drie zullen ze een beter vaarcomfort krijgen door een goed of zeer goed automatisch interceptor trimsysteem.

Buitenzijde boot

We komen aan boord op het zwemplatform van de boten die qua formaat ongeveer gelijk zijn: tussen 100 en 120 cm lang. Je moet dan bij Marex en Sealine wel voor de optionele langere versie kiezen. Bij Jeanneau kun je de beschikbare lengte variëren door de achterbank naar voren of achteren te schuiven. Marex heeft de optie om steunen te monteren voor een bijboot en heeft een uitklapbare bank op het zwemplatform.

Zijdek asymetrisch

Het loopvlak van het zijdek van de Marex is aan beide zijden 25 cm breed. Dit is niet genereus maar voldoende om fatsoenlijk over te lopen. Op de Jeanneau en de Sealine is het stuurhuis decentraal geplaatst dus is er aan de kant van de stuurpositie een iets bredere loopruimte dan die bij de Marex maar aan de bakboordzijde is het daardoor een heel smal zijdek waar je voet voor voet moet plaatsen. Dat is bij afmeren aan de bakboordzijde best krap, zeker als je moet omdraaien of moet bukken om een lijn vast te maken. De Marex heeft dus de meer gebalanceerde oplossing; je kunt bij sluis, brug of haven immers niet altijd uitkiezen aan welke kant je aan legt.

Zijdeur

De zijdeur naast de stuurpositie is helemaal nieuw voor Marex; de werf valt met deze 330 Scandinavia dus van zijn ‘ontwerpgeloof’ af. Marex zegt dat dit op verzoek van klanten is. Niet verbazingwekkend want bij een reisboot is die zijdeur een belangrijke plus: het geeft direct zicht op de zijkant bij het afmeren en het maakt het gemakkelijk om alleen of met twee de boot af te meren. Nog mooier is het wanneer zo’n deur aan beide zijden zit maar deze drie boten hebben de deur alleen aan de stuurboordzijde.

De toegankelijkheid van de zijdekken is bij de Marex vanaf het zwemplatform met een nette opstap. Voordeel daarvan is dat je bij een gesloten achterdek-tent niet door een rits hoeft te kruipen om op het zijdek te komen. Nadeel is dat je eerst over het onbeschermde zwemplateau moet: niet erg veilig als je op wat ruwer open water zit. De zijdeur geeft in dat soort gevallen natuurlijk wel een veilige toegang tot het stuurboord zijdek. De Sealine heeft vanaf het achterdek direct toegang tot de zijdekken maar de bakboord toegang is versperd als de achterpui geopend is. Bij de Jeanneau moet je aan de bakboord-zijde altijd over de bank heen klauteren om op het zijdek te komen. De Sealine heeft dus de beste toegankelijkheid maar zodra je de kuiptent sluit wint de Marex het qua gebruiksgemak. Bij de Marex zijn de achterkikkers nog bereikbaar zonder dat je de tent hoeft los te maken en over een bank moet kruipen om een lijn vast te maken en dat is wel erg praktisch. Jeanneau heeft als enige nog een klein deurtje gemaakt aan de stuurboord zijde zodat je daar iets makkelijker van de boot af kunt stappen als dat zo uit komt.

De achterbank van de Jeanneau is optioneel tot ligbed om te vormen is. Sealine heeft dat afgekeken en in de upgrade van C330 naar C335 dezelfde optie geïntroduceerd. De Marex heeft vaste banken, waaronder één met een U-vorm, die los staat van het interieur. Ze bieden plaats aan vier volwassenen. Jeanneau en Sealine sluiten met hun L-vormige banken meer aan bij de binnenzijde van het stuurhuis hetgeen mogelijk is doordat de pui aan die zijde te openen is. De bank van de Sealine biedt voor drie volwassenen plaats en de Jeanneau kan er vier herbergen als je de bank naar achteren schuift. De Marex biedt als enige zitplaatsen op het achterdek die naar achteren gericht zijn hetgeen fijn kan zijn als je vanaf het achterdek een beetje over de haven heen wil kijken. Doordat de zijdekken van de Marex buiten de zitgroep langs lopen is de beschikbare ruimte op het achterdek van de Marex niet al te ruim. De Marex en de Sealine beschikken over een stoffen vouwdak boven het achterdek. De Jeanneau moet het doen met een luifel en een optioneel -vast- stoffen verlengstuk als zonwering om het gehele achterdek af te kunnen dekken.

Voor het varen door binnenland is het prettig als de radarmast geheel weg te klappen is. Bij de stoffen daken van de Marex en de Sealine is een dergelijke constructie gemakkelijk te maken. Bij de Jeanneau wordt dit een stuk gecompliceerder. Alle banken op het achterdek beschikken over bergruimte.

Superslimme achtertent

Alle drie fabrikanten leveren een tent om het achterdek helemaal af te kunnen sluiten. Niet iedereen is fan van dit soort tenten en je kunt je dus afvragen of je daar wel geld aan wil besteden. Marex maakt het echter wel heel verleidelijk door het superslimme schuifsysteem dat het mogelijk maakt om de zijwanden onzichtbaar op te bergen en tevoorschijn te trekken binnen een handomdraai. De zijwanden zitten namelijk aan een rails gemonteerd en zijn opgeborgen in kasten aan de zijkant van het stuurhuis. Kast open, de wand op zijn plaats schuiven, als een gordijn, onderzijde even borgen en klaar. Kijk even op het filmpje hoe dat werkt op een andere Marex, de 375..

Zoals gezegd sluiten deze wanden aan op de rugleuning van de zitgroep zodat dat zijdek vrij toegankelijk blijft. Bij de andere twee boten zullen de zijwanden uit een berging gehaald moeten worden en boven en onder vastgemaakt moeten worden. Daarbij wordt de zijkant van het achterdek moeilijk bereikbaar en bij mooi weer moet de zaak weer gedemonteerd en ergens opgeborgen worden. Die oplossing is duidelijk minder praktisch. Met het te openen stoffen dak van de Sealine en de Marex kan een beschut binnenplaatsje gemaakt worden: als de zon er wel is maar de temperatuur nog niet zo wil.

Sealine: bank op de boeg

De boten hebben alle drie een opening bij de boeg om de boot ook daar te kunnen verlaten. Jeanneau biedt optioneel een platform met ladder aan dat over het anker heen rijkt en afdalen naar de steiger makkelijk mogelijk maakt: heel praktisch. Of Marex en Sealine dat aanbieden is niet duidelijk maar het kan altijd via de accessoire handel aangeschaft worden. Sealine heeft als enige een bank vlakbij de boeg terwijl alle drie natuurlijk een optioneel zonnebed op het voordek hebben. Marex introduceert daarbij een nieuwtje: het zonnebed kan ook in het water gegooid worden en daar als drijvende matras dienen. Tja.

De motorruimte van de drie boten is ongeveer even groot. Afhankelijk van motorkeuze en extra’s blijft er nog een klein beetje ruimte over voor opslag. Of dit voldoende is om vouwfietsen en een dinghy in kwijt te kunnen moet nog bekeken worden. De Sealine C335 is ook te verkrijgen als versie voor buitenboordmotoren. Dat maakt de bergruimte natuurlijk een stuk groter maar het is af te raden om voor buitenboordmotoren te kiezen op een reisboot. De luchttoevoer voor de motoren lijkt bij de Marex en de Jeanneau aan de buitenzijde van de rompopbouw te zitten maar bij Sealine op de wand van het stuurhuis. Wanneer golven van de zijkant komen is de Sealine oplossing daardoor ongevoeliger voor het naar binnen komen van zeewater in de motorruimte.

Samenvattend. Als we de buitenzijde van de boten bezien dan vallen de verschillen in symmetrische versus asymmetrische zijdekken op en de toegankelijkheid daarvan vanaf het achterdek. Ook de verschillen in oplossing voor de achterdek tent en het dak daarvan zijn opvallend. De Marex lijkt per saldo de meest veelzijdige en praktische oplossingen te bieden op de voet gevolgd door de Sealine. Jeanneau scoort minder goed.

Naar binnen

Alle drie boten hebben een groot hard open dak in het stuurhuis: bij Jeanneau en Sealine is dit elektrisch bedienbare dak van glas en dat zorgt dus voor extra licht in het interieur. Bij Marex gaat het om een handbediend dicht exemplaar dat onder het dak wegschuift waardoor het mogelijk blijft er achter de optionele zonnepanelen te bevestigen.

Marex biedt daarvoor 900 Wp panelen aan. Als je een aantal dagen zonder walstroom ergens wil liggen en toch 230 V wil hebben voor warm water, koffiezetapparaat, magnetron etc. dan is dit een ideale oplossing. De panelen zullen gemiddeld 3000 Wh per dag opleveren en dat is genoeg voor dit soort gebruiksdoeleinden plus het normale verbruik. Twee kanttekeningen: het Marex dak lijkt wel behoorlijk wat standaard schaduwwerking te hebben door de radarmast. Die 900 Wp gaat alleen maar het genoemde rendement halen als er geen schaduw is. Ten tweede: als het een paar dagen slecht weer is dan is de voorraad elektriciteit vlug op: een goede accubank met voldoende capaciteit kan schommelingen in het weer opvangen. Of de standaard accubank daarin voorziet valt ernstig te betwijfelen: een Li-Ion service accu zou eigenlijk deel uit moeten maken van de zonnedak optie. Het is nog onbekend of dat zo is. Maar een dergelijke installatie is voor reizen erg praktisch omdat het je onafhankelijk maakt van walstroom en ook koken op elektra mogelijk maakt. Daarmee ben je niet alleen niet meer afhankelijk van gas met zijn verschillen per land maar kun je in de weinige beschikbare keukenruimte ook magnetron en oven combineren.

De scheiding tussen achterdek en stuurhuis is bij alle drie boten door een glazen schuif/klap-pui. Marex heeft de kleinste opening, Jeanneau de meest flexibele, Sealine de grootste maar zoals gezegd verspert die in geopende toestand wel de toegang tot het bakboord zijdek.

In het stuurhuis van de Jeanneau en Sealine is er ruimte om met drie, of twee volwassenen en twee kinderen, te zitten/eten op een L-vormige bank. De Marex heeft twee banken tegenover elkaar en door een slim krukje aan de tafel ruimte tot vijf volwassenen. Als je met twee bent kun je in de Marex met de benen op de bank zitten, die ruimte is er op L-vormige banken van Jeanneau en Sealine niet omdat en tweede steun in de rug ontbreekt.

De Jeanneau heeft geen werkblad naast de gootsteen en de kookplaat; dat is ronduit onhandig. Hetzelfde geldt voor de Marex maar die heeft een optionele console met grilplaat aansluitend op de het werkblad op het achterdek. Bij mooi weer of een afgedicht achterdek biedt dit meer ruimte om eten klaar te maken. De keuken in de Sealine loopt door in een bar op de scheiding van stuurhuis en achterdek en heeft daardoor wel een stuk werkblad. De Sealine heeft veel extra opslagruimte in de keuken: twee luiken in de vloer voor het keukenblok (die ruimte gaat af van de berging in de middencabine) en een opklapbaar luik voor de stuurpositie (Klik voor video) Apparatuur en opslag hebben in de Jeanneau en de Marex weinig ruimte in het stuurhuis. Jeanneau heeft dit slim opgelost door benedendeks ruimte te maken voor de koelkast en berging van etensvoorraad zodat boven ruimte is voor potten en pannen. Nadeel hiervan is dat je wel iedere keer de trap af moet als je iets uit de koelkast nodig hebt. Jeanneau heeft als enige van de drie twee bovenkastjes boven het aanrecht. Bij Marex zit de koelkast onder de stuurpositie maar die is daardoor wel erg klein qua capaciteit. Het is mogelijk een koellade onder de bank te monteren en eventueel nog een derde op het achterdek te plaatsen. Om die koeling op het achterdek te bereiken moet de deur open net als bij de Sealine die die mogelijkheid ook heeft maar dan in het barmeubel. Aan de binnenzijde van dat barmeubel is er plaats voor de standaard koelkast.

Bedenk dat je een la nodig hebt voor bestek enz., een kastje of hoge la voor pannen en schalen, een plek voor borden en een ruimte voor bekers en glazen. Specerijen, keukenpapier, folie etc. moet je ook ergens kwijt. Denk ook aan afval en afwasspullen. Daarna volgt nog de opslag van etenswaren die je veel gebruikt: ontbijtspullen, thee/koffie, suiker. Kijk ook waar je een koffiezetapparaat kwijt kan. Zeker is dat de ruimte voor dit soort spullen in het stuurhuis van deze boten erg beperkt is. Een haakje voor de handdoek en theedoek is ook nodig: onbekend of die aanwezig zijn.

Samenvattend. Al met al is koken in de Sealine en de Marex met de genoemde opties waarschijnlijk redelijk te doen. De Jeanneau blijft daarbij achter: leuk voor magnetron- en kant en klaar maaltijden maar voor echt koken is het (te) veel behelpen. Voor het opslaan van kookbenodigdheden, eten en servies lijkt bij de Sealine en Jeanneau de meeste ruimte voorhanden maar bij de Jeanneau moet je wel iedere keer het trapje op en af. Bij allen kun je extra werkvlak maken door te kiezen voor een volledig verzonken inductiekookplaat. Omdat inductieplaat niet op warmt is geheel of gedeeltelijk gebruik als werkvlak mogelijk.

Sealine C335 langslaper

Marex bonus: bijzonder volwassen badkamer

Benedendeks kijken we eerst naar de badkamer want op reis wil je fatsoenlijk kunnen douchen in eigen badkamer en dat is een uitdaging in een 33 voet boot. Zondermeer vernieuwend is daarom de grote badkamer van de Marex. In deze romplengte zul je niet gauw een aparte douchecel tegenkomen van enig formaat en stahoogte, zonder dat je in die douche ook een toiletpot aan treft. Bij Marex is dat dus wel het geval. Afdrogen gaat ook zonder dat je tegen de wanden aan stoot. Jeanneau en de Sealine C335 hebben dan wel een aparte douchecel gemaakt maar daar staat wel een toiletpot in. De ruimte die daarnaast over blijft voor de wastafel is smal zodat bewegen in die badkamer erg beperkt is. In de Sealine C330 was er geen aparte douchecel waardoor het een natte boel werd maar je wel meer ruimte had bij het afdrogen. De bergruimte voor toiletgerij, schoonmaakmiddelen, toiletpapier e.d. zijn in de Marex en de Sealine ruim voldoende. In de Jeanneau wordt het krap.

Jeanneau: bed op 200 cm komt tot het luikje in de wand! Zie rode lijn in vergroting lay-out

Dit roept natuurlijk de vraag op waar Marex die ruimte vandaan haalt voor een aparte douchecel en een apart toilet. Het antwoord is dat ze het bed in de voorcabine aan één kant hebben geplaatst. Dat is overigens een royaal bed van 210 lang en 160 breed maar het nadeel is dat je er over het voeteneinde in moet omdat het geen eiland bed is. De ruimte aan het voeteneind om je aan te kleden lijkt echter wel de meest ruime van de drie boten en heeft stahoogte. De Jeanneau lijkt op tekening een eilandbed te hebben maar in de praktijk is het ook een bed waar je vanaf het voeteneind in moet. Bovendien is het standaard erg kort (180 cm) waardoor het op tekening of op de bootshow lijkt alsof er behoorlijk wat ruimte aan het voeteneinde over blijft voor omkleden maar als je het bed met een vulstuk naar 2 meter lengte brengt blijft daar bar weinig van over.....een beetje goedkope verkooptruc tenzij je maximaal 1,70 meter bent.

De Sealine heeft wel een echt eilandbed maar dat beperkt de breedte van het voeteneind weer. De omkleedruimte aan het voeteneind is voldoende en op stahoogte.

Marex 330 voorcabine

Sealine C335 voorcabine

Jeanneau NC33 voorcabine

Sealine: handige tweede slaapcabine

Bij Sealine is de binnenkomst van de tweede cabine relatief ruim op stahoogte. bij Marex is er iets minder oppervlak en bij Jeanneau is het ronduit krap. Hier wreekt zich dat Jeanneau heeft gekozen voor de extra opslag voor de keuken naast die cabine-ingang. Alle bedden in de tweede cabine zijn erg beperkt qua hoofdruimte maar voldoende groot. Sealine biedt als enige een langsslaper configuratie aan waardoor je twee aparte bedden kunt maken en niet over elkaar heen hoeft te kruipen om ‘achterin’ te komen. Ideaal als je een gezin met twee kinderen hebt.

Marex 330 middencabine